De komende tijd nemen we u mee in een reeks publicaties langs dertig jaar autorecycling in Nederland. Aan de hand van historische videofragmenten en verhalen belichten we de ontstaansgeschiedenis van ARN en maken we u deelgenoot van de vele hoogtepunten, maar ook van de uitdagingen waar de sector door de jaren heen voor stond. Deze editie behandelen we het inleveren van een afgedankte auto.
Als een auto aan het einde van zijn levensduur is gekomen kan de eigenaar hem kosteloos wegbrengen naar een bij ARN aangesloten autodemontagebedrijf in de buurt. Bij het autodemontagebedrijf wordt het kenteken afgemeld bij de RDW. De eigenaar krijgt een vrijwaringsbewijs als bevestiging dat het kenteken niet meer op zijn/haar naam staat.
De auto wordt vervolgens gedemonteerd door vakbekwame autodemonteurs. Om te beginnen worden alle vloeistoffen, onder meer brandstof, olie en koelvloeistof, afgetapt door middel van een droogleginstallatie. Ook de loodaccu, wielen en banden worden van de auto afgehaald. Onderdelen die nog een tweede leven kunnen krijgen, als een zijspiegel of koplamp, worden gedemonteerd en opgeslagen in het magazijn om op een later moment
verkocht te worden via de (online) shop van het bedrijf.
Shredderbedrijf
Pas als er qua onderdelen niets meer verkocht kan worden, wordt de afgedankte auto afgevoerd naar een shredderbedrijf. Daar wordt de auto vermalen tot kleine stukjes metaal en restmateriaal. De teruggewonnen metalen, zoals koper, ijzer en aluminium, worden gebruikt door de metaalverwerkende industrie. Het restmateriaal gaat voor verwerking naar het PST-bedrijf (PST staat voor Post Shredder Technologie). In verschillende modules worden uit dat restmateriaal mineralen, kunststoffen, vezels en metaalrestanten gescheiden, die daarna nieuwe, nuttige toepassingen krijgen.
