In de rubriek ‘Medewerker in het zonnetje’ stellen we elke keer een ARN-medewerker aan u voor. Deze keer: Willem Nuiten (48), coördinator service & onderhoud bij ARN.
Voor de meeste mensen die er werken is Willem Nuiten een bekend gezicht; hij maakt al bijna twintig jaar deel uit van het ARN-team. En dat terwijl het bijna niet gebeurd was: Willem werd in eerste instantie op basis van zijn sollicitatiebrief namelijk afgewezen. “Terwijl de functie die ik destijds had, perfect matchte met de vacature.” Hij besloot er toch nog een telefoontje aan te wagen. “Ik belde Aarnout van Duuren, die uiteindelijk mijn manager werd. Hij vroeg mij om mijn brief nog eens te sturen. Ik had eerst iets van: ik heb ’m toch al een keer gestuurd? Toen zei Aarnout: er liggen hier vierhonderd brieven, dus het gaat sneller als je ’m nog een keer mailt. Hoewel hij later hoorde dat zijn brief gewoon slecht was, lukte het Willem om Aarnout te overtuigen van zijn kwaliteiten. Hij werd als laatste toegevoegd aan de groep sollicitanten die op gesprek mochten komen. “Dat ene belletje loonde letterlijk.”
ARN is een relatief kleine club die veel doet. Mijn rol is dan ook door de jaren heen veranderd’

Nieuwe rol
Willem begon als buitendienstmedewerker bij ARN en werkte tot eind 2019 als accountmanager. De laatste jaren heeft hij zich beziggehouden met het coördineren van het onderhoud aan de droogleginstallaties. “ARN is een relatief kleine club die veel doet. Mijn rol is dan ook door de jaren heen veranderd. Sterker nog, die staat op het punt om weer te veranderen.” Nu vrijwel alle droogleginstallaties zijn overgedragen gaat Willem als relatiemanager Zeeland, Noord-Brabant en tussenhandelaren aan de slag. “Ik wist toen ik als coördinator service en onderhoud begon, dat deze functie aan het einde van het project zou stoppen.” Daarnaast blijft hij betrokken bij de elektronische begeleidingsbrief en gaat hij zich bezighouden met datamanagement, een nieuw softwarepakket en ondersteuning voor social media. “Zei ik al dat het nooit saai is bij ARN?!”
Willem kwam bij ARN terecht door zijn passie voor auto’s. Dat de appel ook wel eens wat verder van de boom valt, blijkt uit het feit dat Willem als enige in zijn familie gek is op auto’s. “Mijn broer heeft geen auto en mijn vader had een hekel aan autorijden.” En dat terwijl de kleine Willem alles van auto’s wist. “Ik had vanaf 1983 alle Autovisie Jaarboeken, en ook de Formule 1 volg ik al decennia.” Dankzij de liefde voor de autosport rolde hij halverwege de jaren ’90 in de rallysport. “In 1997 ben ik lid van een rallyclub geworden. De eerste jaren was ik binnen de club erg actief; we waren bij zo’n tien tot vijftien evenementen per jaar aanwezig.” Willem bekleedde uiteindelijk een bestuursfunctie, tot corona roet in het eten gooide en de rallysport helemaal stil kwam te liggen. “Vlak voor de coronapandemie had ik een nieuwe racefiets gekocht. Ik ging van een paar duizend fietskilometers per jaar naar meer dan tienduizend per jaar.”

Fietsen doe ik voor mijzelf
Tijdens de pandemie kwam het besef hoeveel tijd er in de rallysport was gaan zitten. Dat was echt een eyeopener. Die tijd gaat nu naar het fietsen. Willem is nog wel actief binnen de rallysport, maar veel minder dan vroeger. Omdat het bloed kruipt waar het niet gaan kan, zit hij nu in de routecommissie van zijn fietsclub. “Ik had ooit kritiek op een gereden route, dus die mag ik nu zelf maken”, zegt hij lachend. Eigenlijk ziet hij alleen maar voordelen van het verruilen van de rallysport voor de fietssport. “Ik haal er voor mezelf meer voldoening uit.”
Hoe hij ooit begonnen is met fietsen, is een grappig verhaal. Hij werd door zijn buurman uitgedaagd mee te doen aan de Amstel Gold Race, maar had nog geen racefiets. Ze werden uiteindelijk ingeloot en er werd een racefiets gevonden via Marktplaats. “Het was de negende keer dat ik op een fiets zat tijdens die toertocht van 150 kilometer door de Limburgse heuvels.” Wat hij zo fijn vindt aan het fietsen? “Het is heerlijk om buiten te zijn en ik vind het leuk om beter te worden. En eerlijk is eerlijk: ik moet bezig blijven om op gewicht te blijven.” Naar de fiets op het werk, zoals collega Hector Timmers doet, zit er voor Willem helaas niet in, al zou Willem Willem niet zijn als hij het al wel een keer geprobeerd heeft.
“Een enkele reis is 90 kilometer, dus daar heb ik drie uur heen en drie uur terug over gedaan. Daarom ga ik in principe één à twee keer per week met de auto naar Breukelen. Zonder file doe ik daar een uur over. Het scheelt dat ik er niet aan moet denken om vijf dagen per week op kantoor aanwezig te zijn. En mijn collega’s ook niet, denk ik. Ik ben nogal aanwezig”, schatert hij. “Maar als ik in een straal van 20 tot 25 kilometer van ARN had gewoond, zou ik elke dag op de fiets gaan.”

‘Bij voorkeur leggen we niets vast’
Waar hij nu dus al heel lang bij een en dezelfde werkgever werkt, zoekt hij tijdens zijn vakanties meer variatie op. “We gaan altijd ergens anders heen. Mijn vriendin Daniëlle bedenkt het en zet in grote lijnen de route uit. Bij voorkeur leggen we niets vast, zodat we flexibel zijn.” Zo zijn ze onlangs in Spanje, de Verenigde Staten, Slovenië en Noorwegen geweest. Daarnaast maakt hij graag met vrienden tripjes om fietsend een berg te beklimmen. “De Alpe d’Huez, Stelvio, Mont Ventoux… De laatste heb ik dit jaar drie keer op één dag omhoog gefietst. Om in het seizoen zo goed mogelijk aan de start te staan, buffelen we de hele winter door.”
Terug naar de basis
Natuurlijk willen we ook van hem weten hoe hij vindt dat ARN veranderd is in twintig jaar. “Álles is veranderd! Met de wijzigingen van de afgelopen jaren zijn we terug bij de organisatie die we in de basis moeten zijn. Er staat ons de komende jaren nog genoeg te wachten, maar dat zie ik met vertrouwen tegemoet!”